Op vrijdag 5 december heeft de Committe Smart Mobility uit haar midden een nieuwe voorzitter gekozen. Zeger Baelde (RDW) volgt Rudi Lagerweij (Vialis) als voorzitter op.

De Committee Smart Mobility bespreekt in publiek-private samenwerking de ontwikkelingen op het gebied van Smart Mobility en geeft input aan de activiteiten van het Connektbureau. Zeger Baelde is Divisiemanager Registratie & Informatie bij de RDW en is de komende twee jaar de voorzitter van deze committee, we spraken met Zeger over zijn visie en ambitie:

Hoe ben je betrokken bij Connekt?
Ik kom al zeker 6 jaar bij Connekt over de vloer, met name zeer regelmatig tijdens de tijd van Anders Betalen van Mobiliteit, waarin Connekt een belangrijke rol speelde in het koppelen van de kennis van de markt met de wensen van de overheid. En dat staat centraal: je moet het met elkaar doen.

Waarom heb je je verkiesbaar gesteld als voorzitter?
We gaan een leuke, maar ook spannende tijd te gemoed: de auto wordt steeds verder geïnformatiseerd, waar we twintig jaar geleden als RDW de veiligheid konden toetsen aan stuurstangen en remkracht, komt de IT component in veiligheid steeds meer naar voren. De wereld verandert en dat vraag veel van onze organisatie. Maar het vraagt ook om ander beleid en andere keuzes. Om een voorbeeld te noemen: Nederland bepaalt in Smart Mobility niet hoe iets zich ontwikkeld, we kunnen wel een bijdrage leveren, maar de auto is een internationaal iets. Rollen van overheden en marktpartijen veranderen, maar de afhankelijkheid neemt ook toe. De ontwikkeling in rollen en afhankelijkheden wil ik in de committee oppakken.

Hoe zie je die samenwerking voor je?
Neem als voorbeeld de ambitie over de zelfrijdende auto, die de minister van IenM in juni naar de kamer gestuurd heeft. Hierin staat een nieuwe aanpak: de minister wil voorop lopen en om dit te bereiken geeft ze maximale ruimte aan de industrie om deze ambitie waar te maken, natuurlijk wel gecombineerd met haar beleidsdoelstellingen. Het ministerie van IenM, RDW, markt, we zijn allemaal afhankelijk van elkaar. Ik denk zelfs dat de markt in toenemende mate gaat bepalen hoe wij als overheid ons werk kunnen doen.

Waar gaan we beginnen?
Ik voorzie grote veranderingen in het voertuig de komende twintig jaar, die veranderingen beginnen nu. We hebben al zoveel stappen gezet, we moeten weg uit het onderzoek en als overheid ruimte geven aan de markt om ook echt technologie te beproeven. Het is niet meer “hocus pocus” en “I have a dream”, de verandering begint nu. Met het toepassen van werkende concepten. Je ziet in de auto industrie steeds meer IT gestuurde optie, dat is nu een verkoopargument: automatisch inparkeren, de stap van cruise control naar dynamic cruise control, noem maar op! Die technologie komt stapje voor stapje in het voertuig, de regelgeving is hierin nog belemmerend. We moeten daar als RDW ook proactief mee omgaan: het vaststellen van internationale standaarden is een langdurig proces, we kiezen er daarom voor om met andere instrumenten de ontwikkelingen te stimuleren, bijvoorbeeld om door middel van ontheffing experimentele technologie de weg op te laten. En we moeten nu aan de slag om de openstaande vraagstukken op te lossen, zoals aansprakelijkheid.

Wat wil je over twee jaar bereikt hebben?
Ik zie mijzelf als een dienbare voorzitter, maar ik wil wel Nederland een stap verder helpen. Mooi als we dat kunnen doen door zowel tegemoet te komen aan de doelstellingen van het bedrijfsleven als de overheid. We kunnen veel, we zitten vooraan, we hebben mooie Nederlandse actieve bedrijven, laten we nu met elkaar bepalen wat we moeten doen om die positie te behouden en uit te bouwen. Laten we elkaars handjes vasthouden en het met elkaar ontdekken!